De nacht van de ziel
 


Pamela channelt Maria Magdalena

Lieve vrienden en vriendinnen,

Ik ben jullie zuster, ik ben Maria Magdalena. Heel dichtbij sta ik naast je, als een van jullie.  Heel dichtbij, als een vriend. Niet een die verheven is boven jullie, maar een die bij je is, naast je staat, die jou van binnenuit kent. We zijn namelijk één, deel van dezelfde familie. We zijn diep verbonden met elkaar. Voel  dat eens. 

Ik ben ook de gang gegaan van mens-zijn op aarde, heb daarin dieptes gekend en verkend en ben aangeraakt geweest door een helder licht dat mij bezielde, dat mij deed dromen en verlangen naar een mooiere wereld op Aarde. Beide polen heb ik gekend, het licht zowel als het duister. Die polen horen bij elkaar, ze zijn elkaars motor, zo kun je het zeggen. Het lijkt te gaan om tegengestelden: licht en duister. De gevoelens die ze oproepen lijken ook tegengesteld te zijn. Toch is er een geheime verbinding tussen beide. Ze kunnen niet zonder elkaar. De ervaring van licht wordt pas mogelijk vanuit het contrast, vanuit het ervaren hebben van de afwezigheid van licht, vanuit het donker. Nergens wordt het licht zo helder zichtbaar als wanneer je op de drempel staat, komend uit de duisternis. Denk maar aan de eerste zonnestralen bij het ontwaken van de dag, het warme ochtendlicht waarin de wereld dan baadt…  hoe diep dat je kan raken, juist als je uit een koude nacht komt. Contrast schept dynamiek, leven, beweging, groei en verandering. Het donker heeft een functie in jullie leven.

Toch ervaar je de duisternis vaak als tegenpool van het licht. Niet als een motor van verandering en groei, maar als een valkuil waarin je klem komt te zitten en je niet meer kunt bewegen. Vanuit die kuil lijkt het alsof je het contact met het licht kwijt bent, alsof het verbroken is. Jullie kennen allemaal wel die geestestoestand van afgesneden zijn van licht, van betekenis en zin. Dat is in feite dood zijn. De enige mogelijke manier om dood te gaan, is niet fysiek sterven maar ophouden te bewegen, in je hart, je gevoel, je geest. In fysieke zin bestaat de dood niet; je ziel is eeuwig en leeft voort. Alles wat aan jou sterfelijk is, is slechts vorm. De essentie is eeuwig en kan niet dood gaan.  Wel kan het zicht op je eigen essentie tijdelijk zo versluierd zijn dat je innerlijk verstart en ophoudt te bewegen. Je bent dan dood van binnen en je voelt je uiterst depressief. Dit is een buitengewoon pijnlijke zijnstoestand.

Ga eens met mij mee, daal eens met mij mee af naar die toestand. Onderzoek die eens vanuit een open geest. Wat gebeurt er als iemand alle hoop verliest, ineenkrimpt, niet meer weerbaar is ten opzichte van alle gevoelens die op hem of haar afkomen? Kijk eens naar wat er met die persoon gebeurt. Meestal begint het ermee dat er gebeurtenissen van buitenaf op iemand afkomen die hem of haar ontregelen. Gebeurtenissen die een mens niet in zijn referentiekader kan plaatsen, die onzeker maken en alles in het leven doen wankelen. Het kunnen grote dingen zijn, zoals de dood van een naaste, zelf ziek of ontslagen worden, of een relatiebreuk meemaken. Dit zijn gebeurtenissen die mensen diep raken en tot aan de rand van de afgrond kunnen brengen.

Soms openbaart de duisternis zich van binnenuit, zonder een duidelijke prikkel van buiten. Oude emotionele ladingen die je ooit in je zielegeheugen hebt opgeslagen, komen naar de oppervlakte. Pijnervaringen, mogelijk stammend uit vorige levens, borrelen vanuit de diepte omhoog en je krijgt te maken met donkere gevoelens, angsten, twijfels. Diepe ervaringen van nood, alleenheid en verslagenheid kunnen zonder duidelijke oorzaak je geest binnenwandelen. Deze kunnen je net zozeer aan het wankelen brengen als een uiterlijke gebeurtenis die je overkomt.

Wanneer iemand in een depressie raakt, in een nacht van de ziel, dan gaat daar altijd de ervaring aan vooraf van het niet aankunnen van alle emoties die haar of hem overspoelen. De stroom van pijnlijke, zware emoties wordt als te groot ervaren. Je gaat er aan ten onder, zo voelt het. Vanuit een diep gevoel van machteloosheid sluit je je af. Op dát moment, dus het moment dat je weigert en je afkeert, kom je vast te zitten. Die emoties wíllen stromen; het is eigen aan emoties dat ze bewegen en willen uitrollen als een grote golf op het strand. Maar jij kunt dat niet toelaten, je weigert mee te gaan. Je trekt je terug uit de golf. Je werpt een dam op en zegt: “Dit kan ik niet. Dit wil ik niet. Ik stop ermee”. Wat je dan doet, vaak uit pure machteloosheid, dát creëert een depressie. Daarmee doel ik op een toestand van gevoelloosheid en afgesloten zijn van het leven. Na verloop van tijd wordt die toestand ondraaglijk en wíl je ook niet meer leven.

Vanuit aards perspectief gezien wil je dood omdat het leven ondraaglijk is. Vanuit de ziel gezien bén je dood en voelt dat zo ondraaglijk aan dat je alles wilt doen om deze toestand te beëindigen. Het verlangen naar de dood is in wezen een verlangen naar verandering, een verlangen om weer te gaan leven. Mensen die zelfmoord willen plegen verlangen ten diepste naar het leven, niet naar de dood. Het is juist de doodsheid die ze van binnen ervaren die hen tot de uiterste wanhoop drijft. Het is hun drang om te leven die hen ertoe brengt het fysieke leven te beëindigen.

Wanneer je je in een depressie bevindt, is er in jou een combinatie van diep verzet en tegelijk uiterste kwetsbaarheid. Het nee zeggen is een manier om je te verdedigen tegen de enorme kracht van de emoties die over je heen dreigen te rollen. Je denkt dat die je zullen vernietigen. In je machteloosheid ga je een schil om je heen bouwen; je wikkelt jezelf in een cocon van niet willen en niet kunnen voelen. Je wilt er helemaal niet meer zijn, zoals de spreekwoordelijke struisvogel die de kop in het zand steekt. Je stikt in het zand en toch lijkt dat de enige mogelijke uitweg. En na verloop van tijd kun je je kop er niet meer uittrekken. Op een gegeven moment ben je zo afgesloten van het leven en het voelen dat je de knop niet meer zomaar kunt omdraaien, dat de keuze om weer ja te zeggen tegen je emoties buiten jouw bereik lijkt te liggen. Dan bereikt de depressie een climax.

Aan de ene kant ben je niet in staat je emoties van angst, wanhoop, verdriet en eenzaamheid toe te laten of te delen met anderen. Aan de andere kant weet je en voel je dat het ondraaglijk pijnlijk is om te leven zonder te voelen; dat is een vorm van doodgaan, een totale ontkenning van je levende kern. Na verloop van tijd wil je weer voelen…… de pijn van het niet-voelen wordt groter dan de pijn van het voelen.  Dat is je redding. Daar ligt het keerpunt. Het nee zeggen - ik kan het niet, ik wil het niet, ik wil weg, ik wil dood, ik wil verdwijnen – holt je zo uit van binnen dat het niet meer vol te houden is. Wat er vanuit het perspectief van de ziel gebeurt, is dat het leven nu weer sterker wordt. Het kan niet eindeloos worden buiten gesloten. Juist door het een tijdlang heel krachtig te bedwingen, ontstaat er een tegenkracht die op den duur explodeert. De kracht van de golf die wil uitrollen op het strand kan uiteindelijk niet ingedamd worden. Ergens in jou ontstaat er op een gegeven moment weer een ja, ook al doe je dit niet bewust. Niks is statisch in het leven. De drang om te leven is onstuitbaar. Als de climax is bereikt, schep je gebeurtenissen in je leven die voor verandering zorgen, die een doorbraak creëren.

Soms gebeurt dit in de vorm van een zelfmoordpoging. Als deze mislukt, kan er een opwaartse spiraal ontstaan doordat het lijden van die persoon nu heel zichtbaar wordt voor de buitenwereld. Wanneer iemand ontdekt hoezeer andere mensen om hem of haar geven, kan er een opening ontstaan naar meer licht, naar het ontvangen van begrip en medeleven. Het kan echter ook gebeuren dat iemand zich ook dan niet opent en depressief blijft. Er is geen vast recept voor hoe een doorbraak plaatsvindt. Maar het leven heeft een duwende en stuwende kracht die het onmogelijk maakt om eindeloos en statisch in een bewustzijnstoestand te blijven hangen.

Ook als je het aardse leven daadwerkelijk beëindigt door jezelf het leven te benemen, kom je aan de andere kant onmiddellijk voor nieuwe keuzes te staan. Je zult je gevoelens daar ook ervaren. De somberheid die er was, de pijn en angstervaringen kunnen nu zelfs scherper naar voren treden, op een minder versluierde manier. Soms confronteren de astrale gebieden, waarin je terecht komt na je dood, je rechtstreeks met de gevoelens die je wegdrukte en kan er juist daardoor weer een stroom op gang komen. Iemand kan zich bijvoorbeeld wanhopig en ontzet voelen wanneer hij  is overgegaan en ontdekt dat het leven niet echt beëindigd is. Of hij ziet de emoties van de nabestaanden op aarde, hun rouw en verdriet, en wordt daar erg door geraakt. Zo diep geraakt worden kan een nieuwe beweging in gang zetten in de overgegane ziel. Het kan tot een doorbraak leiden, waardoor die ziel openstaat voor hulp van gidsen, die er altijd zijn, zowel op Aarde als in de hemel. Hulp is er altijd, mits je daarvoor openstaat.

Hoe je het ook draait of keert, het leven is krachtiger dan elke doodswens. Het leven herneemt altijd haar recht, je kunt het niet doden. Daarom is er altijd hoop, houd dat vast. Voor jezelf, maar ook voor anderen die je ziet lijden. Het kan zo uitzichtloos lijken. Maar er is altijd een uitzicht, ook al kun je met je verstand niet bevroeden hoe het ten goede gaat keren, hoe de verandering gaat plaatsvinden. Het leven is altijd sterker dan de dood, het licht sterker dan de duisternis. Het water breekt uiteindelijk door de dam heen, want het beweegt, het stuwt, het leeft. De kracht van het water is sterker dan de kracht die haar wil indammen.

Voel die stuwende kracht van het leven nu eens in jezelf. Ieder van jullie zit wel eens met stukken die vastzitten, patronen die zich steeds maar herhalen. Bijvoorbeeld twijfels aan jezelf, minderwaardigheidsgevoelens, onzekerheid, wantrouwen, boosheid, verzet. Stel je nu eens voor dat die stukken er gewoon zijn  en dat ondertussen het leven doorstroomt. Het water blijft stromen en hoewel er rotsblokken in het stroompje staan, die schijnbaar vast en onwrikbaar zijn, slijten ze toch steeds af door het stromende en stuwende water. Het kost tijd, maar vergeet niet wie je bent: jij bént het levende water. Hoe meer je je dat herinnert, hoe meer je je energie kan terugtrekken uit die rotsblokken en stenen die in het stroompje liggen. Die zijn er nu eenmaal: er is pijn, opgeslagen vanuit het verleden. Die hoef je niet te bagatelliseren, niet klein te maken. Je hoeft ook niet je best te doen om die rotsblokken weg te sjouwen uit de rivier. Jij hoeft je alleen maar te herinneren dat je het water bént.

Dit kan moeilijk zijn, omdat je je identiteit voor een deel bent gaan ophangen aan die rotsblokken die er liggen, de blokkades in je eigen energie. “Ik ben iemand die niet goed geaard is”. “Ik kan me maar moeilijk thuis voelen op aarde”. “Ik draag verdriet mee uit het verleden, trauma’s zelfs”. En dat is allemaal waar, maar zie dit eens als blokken steen in een grote, brede rivier, een enorme waterstroom. Want dat is wie je bent. Dat is jouw werkelijke levenskracht. Het is jouw ziel die overal langs vloeit en stroomt, altijd op weg, levend, borrelend, bruisend. Ontdekkend en verkennend. Die stroom heeft geen oordeel over die rotsblokken die ze tegenkomt, ze omspoelt ze. Je hebt een keuze! Natuurlijk zit je met je bewustzijn wel eens vast in zo’n blok, ga je er als het ware wat te lang in wonen. Maar je kunt je ervan losmaken, steeds even het stromende water binnengaan, herinneren dat jij een levend bezield bewustzijn bent, altijd bewegend en stromend en niet wezenlijk gebonden aan die rotsblokken. Je bent vrij.

Naarmate jij je bewustzijn meer terugtrekt uit die blokkades, die blokken die er liggen, geven ze zich gemakkelijker over aan de stroom. Ze verbrokkelen eerder, omdat jij ze loslaat en je meer vereenzelvigt met het bewegende water. Het water is je ziel, je kunt het niet vastpakken. Voel het maar stromen en bewegen en sprankelen. Stel maar voor dat het over je heen spoelt. Voel de borrelende kracht, de lichtsprankeling erin. Voel eens hoe jouw ziel zich ten diepste niet druk maakt over de duisternis die je ervaart, die rotsblokken die zo vast en stevig aanvoelen. Jouw ziel maakt zich daar ten diepste niet druk over. Het hoort erbij, het is deel van het landschap.

Probeer eens, wanneer je vastzit in zo’n rotsblok, het water te horen ruisen. Herinner je het water en het gemak waarmee het stroomt. Je hoeft niet alles zelf te doen. Het leven geeft je kansen en mogelijkheden. Het brengt je soms diepe dalen, maar het stuwt je ook vanzelf weer omhoog. Ook wanneer je het gevoel hebt het beslist niet aan te kunnen, dan nog stuwt het leven je vooruit, al kun je niet overzien hoe. Het is de kunst je vertrouwen te bewaren, ook al is er niks meer om op te vertrouwen en valt alles wat zeker leek in je leven weg.

In deze tijd zijn er op Aarde veel mensen bezig met het verwerken van oude duisternis: delen van de ziel die juist nu aan het licht komen en gezien willen worden. Waarom is dat zo? Omdat jullie een sprong voorwaarts aan het maken zijn. Het is echt een sprong in de bewustzijnsevolutie van de mensheid. Die sprong kan niet worden gemaakt zonder uit te reiken naar de donkerste plekken in je bewustzijn, die gevuld zijn met angst, wantrouwen of een heel diepe droefheid om alles wat je hebt meegemaakt op aarde.  Wees er niet bang voor. Verwelkom die duisternis. Wanneer je ja zegt, blijft het stromen, dat is de kunst. Ook wanneer je voelt: “Hier kan ik echt geen ja op zeggen”, herinner je dan toch dat iets in jou wel ja zegt. Dat zal je redden en verder brengen. Vertrouw op het leven.

Ik heb jullie lief, jullie zijn mij dierbaar. Misschien denk je wel: “Hoe kan dat dan? Je kunt ons toch niet allemaal persoonlijk kennen?” Maar je weet en beseft als aards mens niet hoe uitgebreid het netwerk van zielen is. Wanneer je een ander ooit vanuit de ziel ontmoet hebt, is dat blijvend. Die ooit gesmede band kan niet afbrokkelen door de tijd. In onze dimensie is er helemaal geen tijd. Er is een levend netwerk van zieleverbindingen tussen ons. Wij delen een bepaalde geschiedenis, een bepaald verlangen, een vlam in ons bewustzijn die ooit ontstoken is. Met deze vlam wordt de Aarde langzaam verlicht. Het ontwakend bewustzijn in alle mensen brengt ons bij elkaar en creëert een nieuwe bedding, waardoor die sprong in het bewustzijn echt gaat plaatsvinden. Je hoeft er niet bij stil te staan of er lang over na te denken. Houd je bij je eigen proces, je eigen weg. Dat is genoeg. Maar voel wel de stuwkracht van het leven, niet alleen in jou, maar in vele anderen, waardoor er nu een golf van bewustzijnsgroei over de Aarde heen rolt.

Gegroet lieve vriendinnen en vrienden!

© Pamela Kribbe 2012

www.pamela-kribbe.nl

www.jeshua.net (Engelstalig)

 





Lijn in regenboogkleuren