|
Pamela channelt Jeshua
Voorafgaand aan de channeling werd een inleidende meditatie-oefening gedaan door Gerrit, die te beluisteren is als audio-bestand (zie Downloadpagina). Na afloop werden er vragen gesteld en antwoorden gegeven door Jeshua, die eveneens zijn te beluisteren als audio-bestand.
Voor meer info over Jeshua zie Inleiding en Wie is Jeshua
Lieve mensen,
Met veel vreugde en blijdschap ben ik vandaag
bij jullie. Temidden van jullie en door jullie heen stroomt mijn energie en
zoals jullie zelf al voelen, is dit niet een lezing in de traditionele zin van
het woord. Het gaat hier (naast informatie-overdracht) om een
energie-overdracht, waaraan jullie net zo zeer meedoen als ik en Pamela en
Gerrit. We zijn hier allen tezamen en vormen een veld of een draaikolk van
energie in deze ruimte, in deze opening naar de aarde toe. Deze plek is daarom
heilig. Waar mensen, waar engelen in mensenlichamen, samenkomen en hun
intenties bundelen en hun licht als zaadjes in de grond laten vallen, wordt de
grond heilig. Daarom vervult het mij met zoveel blijdschap dat jullie met
zovelen zijn gekomen vandaag, want het gaat niet alleen om mij, het gaat om
júllie, wat júllie hier doen.
In dit verband wil ik kort iets zeggen over het
verschijnsel channeling, dat zo bekend is geworden de laatste tijd. Jullie
kennen allemaal wel het begrip ‘prana’, dat in de yoga en oosterse filosofie
wordt gebruikt. Prana is een geestelijke energie die je met het inademen in je
opneemt. Het idee is, dat je, wanneer je inademt, niet alleen zuurstof inademt
maar ook iets anders, een levensenergie, een kracht die het fysieke, het
zintuiglijke overstijgt, een kosmische energie dus. Deze kracht maakt het
mogelijk dat je leeft. Nu wil ik jullie zeggen: zoals iedereen in de ademhaling
naast zuurstof ook prana in zich opneemt, zo channelt iedereen constant op zijn
eigen manier. Channeling is niet voorbehouden aan enkelen met een bepaalde
gave, channeling is de doodgewoonste zaak van de wereld. Het is namelijk
zo, dat je niet kunt leven zonder kosmische energie. Jullie kunnen niet zijn,
niet leven, niet gedijen, zonder het innemen van kosmische energie. Netzomin
als je kunt leven van zuurstof alleen, kun je leven zonder op bepaalde manier
een kanaal met de kosmos te vormen. Aarde en kosmos, zuurstof en prana, zijn
beide nodig om je volledig als mens te manifesteren in deze aardse realiteit.
In de vorige channeling heb ik jullie de
poortwachters genoemd, degenen die de poort openzetten naar meer licht op
aarde. Maar jullie zijn ook de bruggenbouwers, degenen die een brug bouwen
tussen het kosmische en het aardse, die de energie van de kosmos channelen naar
de aarde toe. Dit is iets wat jullie feitelijk doen, en het is iets dat jullie
nodig hebben om je gelukkig en gezond te voelen. Je channelt op alle momenten
waarop je je intuïtie gebruikt, waarin je diep in jezelf voelt hoe dingen voor
jou zijn, en hoe je dingen anders zou willen. Op die momenten vorm je een
kanaal met je hoger zelf, met een niet aardse, kosmische sfeer, waarin kennis
en wijsheid zetelt die je tot steun kan zijn in het bereiken van jouw doelen
hier op aarde. Iedereen channelt dus.
Vandaag bundelen wij onze energieën en vormen
een kanaal voor een kosmische energie die overal op aarde zijn toegang aan het
vinden is, in deze Nieuwe Tijd. Want de Nieuwe Tijd is niet langer meer een
toekomstvisioen, zij is bezig zich te manifesteren in het alledaagse leven, van
talloze individuen. Als je de krant leest of het nieuws bekijkt, lijkt het
misschien alsof dit helemaal zover nog niet is. Maar het ontwaken waar de
Nieuwe Tijd voor staat, begint in het individu, op het niveau van enkelingen.
In je eigen dagelijkse zijn, wordt er een stroom zichtbaar: het is de stroom
van je hart, waarnaar je wilt gaan leven, op basis waarvan je wilt gaan zijn.
Dit is de geboorte van de Nieuwe Tijd. Altijd vinden de belangrijkste stappen
eerst op individueel niveau plaats. De energie die daar gewekt wordt, in jullie
harten, zal geleidelijk aan zijn weg vinden door alle instituties en
organisaties heen die de Oude Tijd nog vasthouden. Oude machtsbolwerken zullen
doorbroken worden, niet met geweld maar enkel met de tedere energie van het
hart. Wanneer het hart de leiding overneemt, zal het oude bezwijken, niet onder
de druk van macht en geweld maar onder de druk van de liefde.
Relaties in de
Nieuwe Tijd
In deze Nieuwe Tijd ondergaan relaties een
grote transformatie. Relaties zijn bijna altijd de bron van de diepste emoties
in jezelf, reikend van grote vreugde naar diepe zielepijn. In relaties kun je
je bewust worden van een pijn in jezelf, die in wezen veel ouder is dan de
relatie zelf, ja zelfs ouder dan je menselijk zijn.
In deze tijd is er de gelegenheid om op het
gebied van relaties tot een diepe heling te komen. Door de nieuwe energie die
zich aandient, is het mogelijk om de destructieve kanten van een relatie te
transformeren tot een positieve stroom tussen jou en de ander.
Vaak betekent heling en innerlijke groei
echter ook dat je relaties, waarin jij je niet kunt ontplooien, zult gaan loslaten,
dat je een ander waar je veel om geeft toch vaarwel gaat zeggen, omdat je eigen
weg elders ligt. Of het nu tot vernieuwing of tot afscheid leidt in een relatie,
jullie zijn druk bezig op relationeel vlak jezelf te ontwikkelen. De roep van
het hart, van de hartgedragen energie die de Nieuwe Tijd inluidt, wordt
voelbaar in jullie dagelijks leven, en jullie kunnen er niet meer om heen.
Om jullie begrijpelijk te maken waarom
relaties zoveel pijn kunnen oproepen en je gevoelsleven zo overhoop kunnen
gooien, wil ik jullie iets vertellen over een oude pijn in je ziel. Het is een
pijn die heel oud is, veel ouder dan dit leven en zelfs dan al je vorige levens
op aarde. Ik wil jullie meenemen naar je oorspronkelijke geboortepijn als ziel.
Er was eens een tijd waarin alles één en
ongedeeld was. Kunnen jullie je dit voorstellen?
Laat je fantasie even de vrije loop. Stel je
voor: je zit niet in een lichaam, je bent louter bewustzijn en je maakt deel
uit van een enorm groot energieveld dat jou omgeeft en waarin je voelt: ik ben
deel van dit geheel en ik word zonder voorwaarden lief gehad.
Voel hoe dat energieveld je omhulde als een
intens behaaglijke deken, als een intens liefdevolle energie waarin jij je vrij
kon ontplooien en bewegen, waarin je nooit bang hoefde te zijn voor wie je was.
Deze intense behaaglijkheid en geborgenheid behoorden tot de begintoestand van
waaruit je ziel als individu geboren werd. Het was een kosmische baarmoeder.
Nog steeds is er heimwee in jullie harten naar dat gevoel van totale eenheid,
van absoluut geborgen zijn in een deken van warmte en liefde. Dat gevoel van
liefde was God. Samen in dit kleed vormden jullie God.
Op een bepaald niveau in dit goddelijke
bewustzijn, werd op een gegeven moment een besluit genomen. Er werd besloten om
uit deze toestand te treden. Het is heel moeilijk dit onder woorden te brengen,
maar je kunt je misschien voorstellen dat er in God, in dat eenheidsbewustzijn,
op een gegeven moment een verlangen bestond naar ‘iets anders’: iets anders dan
eenheid. Er was zogezegd een verlangen naar ervaring. Als je volstrekt
opgenomen bent in een eenheid van absoluut zijn, doe je geen ervaring op……. je bent
eenvoudig. Ondanks de extase en de totale geborgenheid in deze vorm van
zijn, was er een gedeelte van God, een deel van dit kosmische bewustzijn, dat
wilde evolueren en experimenteren. Dit deel ‘trad buiten zichzelf’.
Jullie vormen dit deel van God. Jullie
bewustzijn heeft ooit toegestemd in dit experiment van het uittreden uit
eenheid en ‘ik’ worden, een entiteit in zichzelf, een afgebakend individueel
bewustzijn. Dit was een enorme stap. Vanuit het diepst in jullie wezen voelden
jullie dat dit goed was, dat dit verlangen naar schepping en vernieuwing een
positief, goed verlangen was. Op het moment echter dat jullie uit het veld van
eenheid traden, was er pijn. Voor het eerst in je herinnering, voor het eerst
in je leven, was er diepe pijn. Je werd los gescheurd van een veld van liefde
en geborgenheid, dat eerst volstrekt vanzelfsprekend was. Dit is de geboortepijn
waarover ik spreek. Zelfs tijdens deze eerste intense ervaring van
verlatenheid, was er ergens in je een innerlijk weten ‘dat het goed was’, dat
dit je eigen keuze was. Maar de pijn was zo diep, dat je verward en gedesoriënteerd
raakte, zodat het heel moeilijk werd om contact te houden met dat hogere weten
in jezelf, het niveau in jezelf waarop je God bent, waarop je weet ‘dat dit
goed is’.
Het gepijnigde stuk dat toen ontstond noem ik
het innerlijk kind. Jouw ziel, jouw unieke individualiteit, draagt in
zich de uitersten van enerzijds een absoluut goddelijk weten en anderzijds een
kosmisch kind met een geboortetrauma. Dit geheel van God en Kind, van weten en
ervaren, ging op weg. Jij ging op weg. Je ging op zoek, onderzoeken en
ervaren wat het is om een ‘ik’ te zijn, een afgebakend individu.
God herschiep een deel van zichzelf tot Ziel
die ervaring nodig heeft om (weer) tot zichzelf te komen. Die het nodig heeft
te leven, te ervaren, te ontdekken en te scheppen, om weer te snappen, te
voelen wie het is, namelijk God. Het éénzijn, het vanzelfsprekende was
doorbroken en zou door de ervaring heen opnieuw bevochten moeten worden. Wat
een wonder! Dit bestond nooit tevoren.
Jullie proberen het IK-zijn vaak te
overstijgen en weer tot eenheid te komen. Dat is het doel van jullie spirituele
queeste. Maar denk je eens in: vanuit Gods perspectief is het IK-zijn het
wonder. Het verbonden zijn, het éénzijn was de normale toestand, was het
uitgangspunt. In het wonder van het IK-zijn ligt immense schoonheid, vreugde en
scheppingskracht geborgen. De reden dat jullie dit (nog) niet zo ervaren is dat
jullie nog steeds worstelen met je geboortetrauma als ziel. Ergens diep in je
bewustzijn klinkt nog steeds die oerschreeuw van pijn en verraad: de
herinnering van losgescheurd worden van de Moeder/Vader, van de alomtegenwoordige
liefde, van God.
Op jullie reis doorheen de tijd, doorheen de
ervaring, hebben jullie heel veel meegemaakt. Jullie hebben allerlei vormen
uitgeprobeerd. Zo waren er ook vele incarnaties waarin jullie een heel andere
vorm hadden dan het menselijke lichaam, maar dat doet er nu niet toe. Doorheen
deze heel lange geschiedenis was je drijfveer steeds dubbel: enerzijds was er
de drang naar vernieuwing, exploratie, schepping, anderzijds was er het heimwee,
het verlangen naar huis, de bodemloosheid. Door het vooruitstrevende stuk in
jezelf, de energie die jullie uit de oerschoot dreef, hebben jullie veel
ervaren, veel gecreëerd. Maar door de niet verwerkte geboortepijn is er
tegelijk ook heel veel trauma en desillusie ontstaan in de ziel. Dit mede omdat
jullie door je reizen door ruimte en tijd heen ook dingen hebben gedaan,
waarvan jullie later spijt kregen, zaken die je onder de noemer ‘slecht’
(tussen aanhalingstekens) zou kunnen zetten. Deze handelingen (waarvan jullie
later spijt kregen) waren slechts het gevolg van het voornemen om de ervaring
in te duiken. Op het moment dat je individu besluit te worden, je af te
scheiden van de vanzelfsprekende eenheid, kun je niet alleen het licht ervaren.
Je zult ook het donker ervaren, je zult alles ervaren wat er is, tot in alle
extremen toe.
Op het punt van evolutie waar jullie nu
staan, komen jullie tot het besef dat alles staat of valt met het vermogen om
werkelijk een IK te durven zijn, werkelijk je eigen kracht en goddelijkheid te
omarmen, en van hieruit vreugde en overvloed te ervaren. In het geboortemoment,
in het moment waarop je verzonk in een gevoel van verlatenheid en pijn, voelde
je je klein en nietig. Vanaf dat moment ging je op zoek naar iets dat je kon
redden, een macht of kracht buiten je, een god, een leider, een partner, een
kind, etcetera. In de fase van ontwaken waarin jullie je nu bevinden, zijn
jullie aan het ontdekken dat de oergeborgenheid waarnaar je verlangt, niet te
vinden is in een God buiten jezelf, en ook niet in een moeder, een vader, een
geliefde, kortom in welke relatie dan ook. Hoe sterk dit verlangen, dit heimwee
ook aangeraakt kan worden in het contact met een ander mens, toch zul je die
geborgenheid er niet vinden, zelfs niet in de relatie met God.
Want de God in wie jullie geloven, de God die
jullie hebben meegekregen van de traditie en die nog zo sterk jullie denken en
ervaren vormt, is een God die buiten je staat. Het is een God die voor jou
dingen uitstippelt, die een weg voor jou bereidt. Maar die God bestaat niet.
Jij bent God, jij bent dat creatieve Godsdeel dat besloten heeft als een IK op
weg te gaan en te ervaren, in het vertrouwen dat je in staat zou zijn de
oerwond van de geboorte in jezelf te genezen.
Je zou kunnen zeggen dat de uitreikende
energie van het exploreren, het willen ervaren, de mannelijke is, terwijl de
energie van de eenheid, de verbondenheid, het thuis zijn, de vrouwelijke
energie is. Deze energieën behoren tot de kern van wie je bent. Je bent als
ziel noch man noch vrouw. Je bent wezenlijk mannelijk én vrouwelijk. Met deze
twee ingrediënten ben je op weg gegaan. En nu is de tijd gekomen deze beide
energieën in harmonie te laten samenwerken, dat wil zeggen werkelijk heelheid
in jezelf te gaan ervaren. Na die hele lange ervaringsweg ben je tot het
inzicht gekomen dat er uiteindelijk niets anders opzit dan zelf de God te zijn
waarnaar jij verlangt.
Dit is de ultieme doorbraak naar zelfinzicht:
realiseren dat jij zelf de God bent naar wie je verlangt. Er is niets buiten
jou dat jou tot in de kern van je eigen kracht, je eigen heelheid kan brengen.
Jij bent het zelf, jij bent het altijd geweest. Jij hebt altijd gewacht op jou.
Dit je te realiseren schept zo’n vreugde,
zo’n gevoel van thuiskomst, dat al je relaties met anderen in een nieuw licht
komen te staan. Je wordt dan bijvoorbeeld minder geraakt door wat anderen tegen
je zeggen. Als een ander je bekritiseert of wantrouwt, betrek je dit niet meer
automatisch op jezelf. Je laat het bij de ander, en je hoeft er noch innerlijk
noch uiterlijk zo sterk op te reageren. Wanneer je gemakkelijk emotioneel
geraakt bent door wat een ander van je vindt of over je zegt, geeft dat aan dat
er innerlijk een zelftwijfel is die je geloof doet hechten aan negatieve opvattingen
van anderen. Deze zelftwijfel los je niet op door het conflict op te zoeken met
de ander, maar enkel en alleen door naar binnen te gaan en contact te leggen
met de emotionele wonden in jezelf. Deze zijn veel ouder dan dit specifieke
moment van afwijzing.
In wezen gaat alle afwijzingspijn, alle
relatiepijn, terug op die oorspronkelijke, onbegrepen geboortepijn. Nu lijkt
het of ik een hele grote stap neem, want er zijn allerlei verwikkelingen en situaties
in relaties die er op lijken te wijzen dat de oorzaak dichterbij ligt. Dat je
pijn wordt veroorzaakt door iets wat je partner heeft gedaan of nagelaten, door
wat een ouder van je heeft gedaan of gelaten, kortom: dat het iets buiten
jou is wat de pijn veroorzaakt. Dit maakt dat je denkt dat de oplossing ligt
in het gedrag van de ander. Maar ik zeg jullie: in wezen zijn jullie bezig een
oeroude pijn in jezelf te helen en als je je daarvan niet bewust bent,
raak je gemakkelijk verwikkeld in relatiedrama’s, die buitengewoon pijnlijk
zijn.
Met name in man/vrouw relaties
(liefdesrelaties), proberen jullie vaak samen een eenheid te vormen, en een
geborgenheid in elkaar te vinden, die enigszins tegemoetkomt aan de oertoestand
van éénzijn, die jullie je ergens herinneren. Onbewust zijn jullie in relaties
op zoek naar dit behaaglijk omwikkeld zijn door een deken van liefde en
onvoorwaardelijke acceptatie. Er zit een kind in jezelf dat schreeuwt om die
onvoorwaardelijke erkenning, en als dit kind zijn armen slaat om het kind in
een andere persoon, in je partner, dan leidt dit maar al te vaak tot een
houtgreep die buitengewoon pijnlijk wordt. Wat er namelijk gebeurt is dat je
emotioneel afhankelijk wordt van de ander en dat je de liefde of goedkeuring
van de ander nodig gaat hebben voor jouw welbevinden. Afhankelijkheid roept
altijd machtsstreven in het leven, een behoefte aan controle over de ander. Dit
is het begin van een destructieve relatie. Het opgeven van je eigenheid in een
relatie, geleid door een onbewuste herinnering aan absolute eenheid die je ooit
hebt ervaren, is destructief ten opzichte van jezelf én de ander.
Werkelijke liefde tussen twee personen laat
twee energievelden zien die compleet los van elkaar kunnen functioneren. Ze
zijn één-in-zichzelf en gaan een verbinding met de ander aan op basis van die eenheid
in zichzelf. Bij relaties waarin partners afhankelijk zijn van elkaar, zie je
een ongecoördineerd streven naar ‘organisch éénzijn’: niet willen of kunnen
functioneren zonder de ander. Dit leidt tot een energieverstrengeling die je in
de aura’s kunt waarnemen als energiekoorden waarmee de partners elkaar voeden
met energieën van afhankelijkheid, macht en verslaving. Dit patroon duidt erop
dat je geen verantwoordelijkheid neemt voor jezelf: voor de zielewond in jezelf
die veel ouder is dan deze relatie en die alleen jijzelf kunt helen.
Karmische
relaties
In dit verband wil ik iets zeggen over
karmische relaties. Hiermee bedoel ik relaties tussen mensen, die elkaar kennen
van een vorig leven, waarin zij in relatie tot elkaar intense emoties hebben
ervaren. Deze emoties hadden iets onopgelosts in zich; er was sprake van
schuld, angst, afhankelijkheid, ontrouw, kwaadheid of iets dergelijks. Vanwege
deze onopgeloste emotionele lading, trekken zij elkaar weer aan in een andere
incarnatie. Het doel van de hernieuwde ontmoeting is dat de onopgeloste
emotionele kwestie alsnog wordt opgelost. Dit gebeurt doordat de oude manier
van met elkaar omgaan eerst in korte tijd weer tot leven komt (herhaling van de
oude situatie) en er vervolgens bij beide partners de keuzemogelijkheid is er
nu op een andere manier mee om te gaan. Het spirituele doel van de hernieuwde
ontmoeting is dus dat je nu andere keuzes maakt dan in dat vorige leven.
Een voorbeeld. Een vrouw heeft in een vorig
leven een echtgenoot gehad die erg bezitterig en bazig was. Zij liet dat een
tijdlang over zich heengaan, maar besloot op een gegeven moment dat het genoeg
was en verbrak de relatie. Later pleegt de man zelfmoord. De vrouw krijgt
berouw. Ze gelooft dat zij schuldig is. Had ze hem niet nog een kans moeten
geven? Dit schuldgevoel draagt ze de rest van haar leven met zich mee.
In een nieuw leven ontmoeten ze elkaar weer.
Er is een vreemde aantrekkingskracht tussen hen. Aanvankelijk is de man buitengewoon
charmant en zij staat in het middelpunt van zijn belangstelling. Hij vereert
haar. Ze krijgen een relatie. Nu wordt hij jaloers en bezitterig. Hij verdenkt
haar van vreemdgaan. Zij bevindt zich in een innerlijke strijd. Ze is boos en
ontzet dat hij haar ten onrechte beschuldigt, maar ze ervaart ook een vreemde
dwang om het door de vingers te zien, om hem een nieuwe kans te geven. Hij is
gewond van binnen, denkt ze, hij kan er ook niets aan doen dat hij die verlatingsangst
bij zich heeft. Misschien kan ik hem helpen dit te overkomen. Ze vindt verontschuldigingen
voor haar gedrag, maar in feite laat ze haar grenzen overschrijden. De relatie
tast haar eigenwaarde aan.
De meest bevrijdende keuze voor de vrouw zou
nu zijn: de relatie verbreken, en zonder schuldgevoel haar eigen weg gaan. De
pijn en angst van de man zijn niet haar verantwoordelijkheid. Zijn pijn en haar
schuldgevoel hebben geleid tot een destructieve relatie. Er lag al een lading
op deze relatie uit een ander leven. De betekenis van de hernieuwde ontmoeting
is dat de vrouw moet leren loslaten zonder schuldgevoel en dat de man moet
leren emotioneel op eigen benen te staan. Het verbreken van de relatie is hier
dus de oplossing. De oplossing van het karma van de vrouw ligt in het alsnog
loslaten van haar schuldgevoel. De ‘fout’ die zij in het vorig leven maakte was
niet het verlaten van de man, maar het zich verantwoordelijk voelen voor zijn
zelfmoord. Voor de man zou het weggaan van de vrouw betekenen dat hij nu echt
geconfronteerd wordt met zijn eigen pijn en angst en dat hij nu kan kiezen deze
in de ogen te zien in plaats van ervoor te vluchten.
Een karmische ontmoeting herken je doordat de
ander je eigenlijk onmiddellijk bekend of vertrouwd voorkomt. Vaak is er ook
een wederzijdse aantrekkingskracht, hangt er iets dwingends in de lucht waardoor
je bij elkaar wilt zijn en elkaar wilt ontdekken. Als de gelegenheid er is, kan
deze sterke aantrekkingskracht uitgroeien tot een liefdesrelatie of een heftige
verliefdheid. De gevoelens kunnen zo heftig zijn dat je denkt de grote liefde
of je tweelingziel te hebben ontmoet. Er zit echter een addertje onder het
gras. Er zijn ook altijd problemen in zo’n relatie, die vroeger of later de kop
opsteken. Vaak raken de partners met elkaar in een strijd verwikkeld, die de
ingrediënten macht en afhankelijkheid in zich draagt. Zij herhalen hiermee een
drama dat zij uit een vorig leven herkennen. Zij kunnen in een vorig leven
liefdespartners zijn geweest, ouder en kind, baas en onderdaan, of een
andersoortige relatie. Maar altijd is er sprake geweest van een pijn die zij in
elkaar hebben aangeraakt, door ontrouw, machtsmisbruik, of juist te sterke
aanhankelijkheid. Er is een diepgaande emotionele ontmoeting geweest die
onuitgewiste littekens en emotionele schade heeft veroorzaakt. Zij kennen
elkaar dus op een diep niveau. Daarom kunnen de aantrekkingskracht en ook de
negatieve emoties zo heftig zijn wanneer zij elkaar in een nieuwe incarnatie
weer ontmoeten.
In de meeste gevallen is het – spiritueel
gezien – de bedoeling dat zielen die op deze wijze energetisch met elkaar
verstrengeld zijn geraakt, elkaar loslaten en ‘éénheden-op-zich’ worden. In
concrete woorden: karmische relaties in de zin waarin wij het hier bespreken
zijn meestal geen langdurige, stabiele, liefdevolle relaties. Het zijn vaker
destructieve relaties dan helende relaties. Vaak is het gewoon de bedoeling van
de ontmoeting dat je erin slaagt elkaar nu in liefde los te laten. Dat is iets
wat niet is gelukt in één (of meerdere) vorige leven(s), maar nu is er een
nieuwe kans om elkaar in liefde los te laten.
Als jijzelf je bevindt in een relatie die
wordt gekenmerkt door intense emoties, een relatie die veel verdriet en pijn in
je naar boven haalt maar waarvan je maar niet kan loskomen, realiseer je dan
dat niets jou verplicht bij die ander te zijn. Realiseer je ook dat intense emoties
vaker wijzen op diepe pijn dan op wederzijdse liefde. De energie van liefde is
wezenlijk kalm en rustig, licht en stimulerend. Het is niet zwaar, uitputtend
en dramatisch. Als een relatie deze karaktertrekken krijgt, is het tijd om los
te laten en niet om er nog eens ‘aan te werken’.
Soms denken jullie dat je bij elkaar moet
blijven, omdat je ‘iets uit te werken hebt samen’. Juist het bestaan van karma
voeren jullie aan om alsnog bij elkaar te blijven. Jullie verdraaien hier het
begrip karma. Karma werk je niet samen uit, karma is iets individueels. Het
karma wat er is, vraagt er juist om dat jij het loslaat, dat je je terugtrekt
uit zo’n relatie om de heelheid in jezelf te gaan ervaren. Karma oplossen doe
je alleen, in en met jezelf. De ander kan iets in jou raken. Maar het zijn je
eigen wonden en kwetsuren die je in jezelf ontmoet terwijl je in relatie staat
met een ander. Jij hebt alleen de verantwoordelijkheid voor jezelf.
Het is heel belangrijk je dit te realiseren,
omdat het een van de voornaamste valkuilen is in relaties. Jij bent niet verantwoordelijk
voor de ander, de ander is niet verantwoordelijk voor jou en de oplossing voor
jullie problemen ligt niet in het gedrag van de ander.
Soms staan jullie zo in verbinding met het
innerlijk kind van de ander, het emotioneel verwonde stuk in de ander, dat je
denkt de verantwoordelijkheid te moeten nemen voor het kind in de ander. De
andere persoon doet dat bij jou ook, maar dit is een doodlopende weg. Je gaat
dan emoties van onmacht en angst in een ander honoreren, terwijl hij/zij er
meer bij gebaat is dat jij duidelijk grenzen stelt en voor jezelf opkomt. Het
is jouw bestemming om heel en alleen te kunnen zijn, helemaal in jezelf. Dat is
de voorwaarde voor een werkelijk gelukkige relatie.
Helende
relaties
Tegenover destructieve relaties staan helende
relaties. Het kenmerk van helende relaties is dat de partners elkaar in hun heelheid,
hun eigenheid respecteren en geen pogingen doen de ander te veranderen. Zij
scheppen veel vreugde in elkaars aanwezigheid, maar voelen zich niet uit het
veld geslagen, wanhopig of eenzaam als de ander niet bij hen is. Er is warmte,
steun en bemoediging voor elkaar, zonder dat je probeert de ander z’n problemen
op te lossen. Er is vrijheid en rust in de relatie. Natuurlijk steken er af en
toe misverstanden de kop op. Maar de emoties zijn van korte duur. Er is vergevingsgezindheid
in beiden. Er is een hartverbinding tussen de partners, waardoor zij geneigd
zijn misstappen of foutjes van de ander niet persoonlijk op te vatten en er
niet teveel belang aan te hechten. Emotioneel gezien zijn de beide partners
zelfstandig. Zij putten hun kracht en welbevinden niet uit de goedkeuring of
aanwezigheid van de ander. De ander vult niet iets op in hun leven maar voegt
er iets aan toe.
In een helende relatie kunnen de partners
elkaar ook kennen van één of meerdere vorige levens. Maar er is dan vrijwel
nooit sprake van een emotionele karmische last zoals hierboven besproken. De
twee zielen kunnen elkaar in een vorig leven hebben gekend op een manier die in
wezen bemoedigend en ondersteunend was. Als vrienden, partners, of als ouder en
kind, kunnen zij elkaar herkend hebben als zielsverwanten, en dat schept een
onverbrekelijke band, door meerdere levens heen.
Een voorbeeld. Een jongeman groeit op in een
armoedig gezin, ergens in de Middeleeuwen. Hij is zacht en gevoelig van aard,
en past niet zo in zijn omgeving. Zijn familie bestaat uit hardwerkende, tamelijk
ruige mensen, die niet veel op hebben met zijn dromerige ‘onpraktische’ aard.
Op latere leeftijd gaat hij het klooster in. Ook hier is hij niet echt
gelukkig, want het leven daar is streng gereguleerd en er is weinig menselijke
warmte in de omgang met elkaar. Toch heeft hij hier regelmatig ontmoetingen met
een man die ‘anders’ is. Het is een priester die hoger in rang is, maar die
niets autoritairs uitstraalt en oprecht belang in hem stelt. Hij informeert
soms hoe het met hem gaat, en wijst hem een aantal prettige taken toe zoals in
de tuin werken. Steeds als zij elkaar aankijken, lijkt er vreemd genoeg een
herkenning te zijn tussen hen, iets gelijkgestemds. Er is warmte en liefde,
onuitgesproken. Ze ontmoeten elkaar in dit leven niet eens zo vaak, maar toch
vormt de priester een bron van hoop en bemoediging voor de jongere man.
In een volgend leven is deze man een vrouw.
Zij is wederom zacht en dromerig ingesteld. Ze heeft moeite met voor zichzelf
opkomen. Ze verzandt op volwassen leeftijd in een huwelijk met een man die
autoritair en bazig is. Eerst viel ze voor zijn uitgesproken krachtige
uitstraling, nu ziet ze hoe zijn dominantie haar inperkt en beklemt. Toch vindt
ze het erg moeilijk om van hem los te komen. Op haar werk praat ze er wel eens
over met een collega, een man die wat ouder is dan zij. Hij moedigt haar aan
voor zichzelf op te komen en haar diepste verlangens te realiseren. Elke keer
als ze met hem spreekt, weet ze van binnen dat het klopt wat hij zegt. Dan, na
veel innerlijke strijd, scheidt ze van haar man. Het contact met de collega
verandert nu. Ze krijgt gevoelens voor hem. Hij blijkt alleenstaand te zijn. Ze
voelt zich zo thuis bij hem, het lijkt wel alsof ze elkaar eerder gekend hebben.
Er ontstaat een relatie tussen hen, die liefdevol, ontspannen en bemoedigend is
voor beiden. De sympathie die er in een vorig leven tussen hen stroomde, krijgt
nu heel duidelijk vorm in een liefdesrelatie.
Dit is een helende relatie. De vrouw heeft
innerlijk een wezenlijke stap gezet door haar echtgenoot te verlaten en voor
zichzelf te kiezen. Hiermee heeft zij haar emotionele onafhankelijkheid bevestigd.
Op die basis wordt een liefdevolle, evenwichtige relatie mogelijk met een
gelijkgestemde.
Tweelingzielen
Hier wil ik ook graag iets zeggen over het
begrip tweelingzielen, dat jullie allemaal wel bekend is. Het idee van tweelingzielen
oefent een diepe aantrekkingskracht op jullie uit, maar is potentieel ook erg
gevaarlijk, omdat het zo ingevuld kan worden dat het de emotionele
afhankelijkheid en de ‘geboortepijn’ die er in een ieder is, aanwakkert in
plaats van oplost. Dit gebeurt wanneer je het begrip tweelingziel zo opvat, dat
er een ander is die jou perfect aanvult en jou ‘heel’ maakt. Dit is het idee
van de tweelingziel als wederhelft. Dit is geen goed idee. Je gaat er dan van
uit dat je de eenheid en de geborgenheid die je ten diepste mist, in een ander
zult vinden die perfect geschikt is voor jou.
Dit onvolwassen idee van tweelingzielen
beschouwt de zielen dus als twee helften die samen een eenheid vormen. Meestal
gaat het om een vrouwelijke en een mannelijke helft. Dus niet alleen suggereert
dit idee dat jij in jezelf onvolkomen bent, het betekent ook nog eens dat jij
wezenlijk ‘mannelijk’ of ‘vrouwelijk’ bent. Je kunt wel zien dat deze opvatting
van tweelingzielen spiritueel gezien niet heilzaam is. Het maakt je afhankelijk
van iets buiten je. Het ontkent de goddelijkheid van jouw wezen, die inhoudt
dat jij ALLES bent, mannelijk en vrouwelijk, en dat je heel en volkomen bent in
jezelf. Het creëert allerlei illusies die je verder weg van huis brengen. En met
huis bedoel ik dan je eigen ik, je God-zijn in jezelf. Niemand is bedoeld als wederhelft
voor een ander.
Tweelingzielen bestaan wel, en ze zijn
letterlijk wat het woord zegt: het zijn tweelingen. Het zijn zielen met
eenzelfde ‘grondtoon’, of je zou kunnen zeggen met eenzelfde geboortetijd, net
zoals dat met biologische tweelingen het geval is. Die geboortetijd, dat unieke
moment in plaats en tijd, staat dan voor: een unieke gevoelslading of ‘toon’ in
de ziel die tot aanzijn komt. Deze is in beide zielen gelijk, maar toch zijn
het volledige eenheden op zich. Ze zijn niet afhankelijk van elkaar op
enigerlei wijze. Ze zijn niet mannelijk of vrouwelijk. Ze zijn wel letterlijk
‘gelijkgestemd’.
Waarom zijn er tweelingzielen? Waarom bestaan
ze? Aha…...jullie denken vaak dat de bestaansreden voor iets gelegen is in een
leerproces dat het teweegbrengt. Maar dat is niet zo bij tweelingzielen. De
reden dat tweelingzielen bestaan is niet dat je daarvan iets kan leren.
Tweelingzielen hebben geen functie binnen de dualiteit.
Je ontmoet je tweelingziel dan ook pas
wanneer je de dualiteit ontstijgt. En dat wil zeggen: wanneer je je weer identificeert
met de God in jezelf, die heel en ongedeeld is en die in de dualiteit elke vorm
kan aannemen die ze wil. Tweelingzielen ontmoet je weer op de terugreis naar
huis.
Laten we nog even terugkeren naar de
heenreis. Op het moment dat jij de eenheidstoestand verlaat en individu wordt,
stap je de dualiteit in. Er is opeens donker en licht, groot en klein, ziek en
gezond, etcetera. De werkelijkheid is gespleten. Je hebt geen referentiekader
meer voor wie jij ten diepste bent. Eerst ontleende jij je identiteit aan het
‘deel-van-een-geheel zijn’. Nu ben je een losgeslagen deeltje dat het geheel
kwijt is. Maar nu gaat er, zonder dat je dat weet, iemand met je mee die
precies gelijk is aan jou, die hetzelfde stukje eenheid bewaart als jij, van
vóór jullie geboorte. Er is iets dat jullie samenbindt, dat niet van de
dualiteit is. Jij hebt een stukje eenheidsbewustzijn met je meegenomen, dat qua
vorm en inhoud precies zo aanwezig is in je tweelingziel.
Nu gaan jullie beiden op reis, een lange
reis, door vele ervaringen heen. Beiden ervaren jullie de uitersten van
dualiteit, om langzamerhand te ontdekken dat jullie kern of wezen niet ín de
dualiteit ligt, maar daarbuiten; in iets, wat daaraan ten grondslag ligt. Zodra
je je dit realiseert, begint de terugreis. Je gaat dan geleidelijk aan minder
aandacht hebben voor dingen die buiten je liggen: bijvoorbeeld macht, roem,
geld, aanzien. Je snapt steeds beter dat het niet gaat om wát je ervaart, maar
om hóe jij het ervaart. Jij schept je eigen geluk of misère door jouw
bewustzijnstoestand. Je gaat de kracht van je eigen bewustzijn ontdekken.
Als je door alle dalen en pieken bent
heengegaan in het ervaren van jezelf door de dualiteit heen, komt er een moment
waarop je je tweelingziel ontmoet. In die ander herken je jezelf en door
die herkenning word je je weer bewust van wie jij ten diepste bent. De ander is
jouw referentiekader, in die zin dat jij het meest zuivere van jezelf gespiegeld
ziet in de ander. En deze spiegeling bevordert je terugreis, helpt je als een
tussenstapje of trapje tussen jouw individu zijn en jouw eenheid met het
goddelijke.
Uiteindelijk zijn we allemaal één. We worden
gedragen door een energie die hetzelfde is in ons allen. Tevens is er
individualiteit in ons allen. De tweelingziel is de schakel tussen individu en
eenheid. Het is een geleidende schakel. Als je je met je tweelingziel verbindt,
bewust en concreet, zal dit leiden tot de schepping van iets nieuws: een derde
energie wordt geboren uit hun samenzijn. Die energie heeft altijd iets
creatiefs, scheppends in zich en helpt eenheid tot stand te brengen op een
grotere schaal dan alleen hen tweeën. Tweelingzielen voelen zich innerlijk
uitgenodigd om het eenheidsbewustzijn dieper te verankeren op aarde, op een
manier die bij hen past. Zo vormt de tweelingzielliefde een verbindende schakel
tussen het ‘enig’ (uniek) zijn en het eenheidsbewustzijn.
Er is een diepe innerlijke band tussen
tweelingen, maar dit neemt niet weg dat zij volledige eenheden op zichzelf
zijn. Hun samenkomen brengt vreugde en liefde, hun ontmoeting schept
creativiteit en zelfverwerkelijking en zij steunen elkaar zonder dat zij in de
valkuil van emotionele afhankelijkheid of verslaving vallen. De liefde tussen
tweelingzielen is niet bedoeld om elkaar aan te vullen en heel te maken, maar
om iets nieuws te creëren: niet twee maken één, maar twee maken drie.
Helen van de
kosmische geboortepijn
Ooit ontmoet je je tweelingziel – en laat dit
innerlijke weten je genoeg zijn. Probeer verder geen verwachtingen te koesteren
die je weghalen uit het hier-en-nu. Waarom het nú gaat is dat je je ten diepste
realiseert dat de geborgenheid en de liefde die je diep van binnen zoekt, die
ene wezenlijke geborgenheid die je ooit hebt gekend in je ziel, dat die in jou
zelf ligt. Het gaat erom dat je beseft dat die absolute zelfacceptatie jou door
geen ander geschonken kan worden, ook al zou die ander dat erg graag willen.
Niet alleen in liefdesrelaties, maar ook in
ouder-kind relaties, is er een verleiding om een absolute eenheid of geborgenheid
in de ander te willen terugvinden. Een ouder die een kind alles wil zien verwerkelijken
wat hij zelf niet heeft gedaan, of een kind dat blijft wegschuilen bij de ouder
en de ouder als zijn absolute toevluchtsoord beschouwt.
Het is belangrijk je bewust te worden van de
onderliggende dynamiek, de onbewuste drijfveren in je relaties, en deze in het
licht van je bewustzijn te helen. Het heimwee naar thuis wordt niet opgelost
door of in een relatie. Jezelf te voelen en te kennen in je volle glorie, in je
volledige licht, dát is de bestemming van je reis.
Jullie zullen ook niet terugkeren naar de
toestand van eenheid waaruit je geboren bent. Dit was een embryonale toestand.
Jullie zijn nu volwassen goden aan het worden. Jullie zijn nu bezig vanuit
jezelf een veld van absolute geborgenheid en liefde te creëren en daarin
anderen te laten delen zonder hen te verplichten, zonder hen te dwingen. Dat is
het wezen van God: onvoorwaardelijke liefde zijn en dit om je heen verspreiden
zonder enige agenda, zonder enige berekening.
Ik wil je nu vragen één moment in stilte
volstrekt je eigen alleen zijn te voelen. Ben je omringd door mensen, voel dan
even heel sterk jouw IK. Onvoorwaardelijk ben jij dat stukje God; dit is niet
iets wat van jou afgenomen kan worden, het is een basisgegeven.
En voel hoe dit gegeven een bron van vreugde
en kracht kan zijn. Doorvoel dit basisgegeven van het IK-zijn en accepteer het:
ja, ik ben een IK, ik sta apart. Ik kan mij weliswaar verbinden, maar ik ben
ook steeds weer ik, ik alleen. Je denkt misschien dat in dit gegeven
eenzaamheid en verlatenheid schuilt, maar voel eens verder, voel de kracht en
de vitaliteit, het wonder van het ik zijn. Als je werkelijk ja zegt tegen je ik
zijn, voel je zelfvertrouwen en geloof, en op basis daarvan creëer je
liefdevolle verbindingen met anderen, waardoor de eenzaamheid en de
verlatenheid oplost.
Wanneer gevoelens van eenzaamheid en
verlatenheid je overmannen, neem dan het kind in jezelf op schoot. Zie het
verwonde kind in jezelf aan. Het verlangt naar de absolute geborgenheid die het
ooit kende, als embryo. Het wil die geborgenheid weerspiegeld zien in het
gezicht van je partner, in het gezicht van je kind, in het gezicht van je
moeder of vader, in het gezicht van een therapeut………. Laat dat kind dan jouw
eigen gezicht gezien. Jij bent er voor dat kind. Jij bent bedoeld
om dat kind te helen en te koesteren op de meest absolute manier waarvan je
kunt dromen. Ik kan alleen een richting aanwijzen. Jullie zijn zelf de verlossers
van jezelf.
Tot slot wil ik jullie vragen ons samenzijn
nu even een moment te voelen, niet het ik zijn, maar het samenzijn, op een heel
vrije en ongebonden manier. Voel even de energieën in deze ruimte, voel wat ons
samenbrengt. Het is een verlangen naar heelwording. Stel je voor dat wij
omgeven zijn door de meest krachtige energie die er is, de energie van jullie
ontwaakte zelf, de energie van de engel in jezelf. Laten we een minuut nemen om
dat van binnen te voelen.
Dank voor jullie aanwezigheid.
© Pamela Kribbe
www.pamela-kribbe.nl
Deze channeling is afkomstig uit het boek 'Gesprekken met Jeshua' van Pamela Kribbe. Voor meer informatie over dit boek of om te bestellen, klik op het plaatje:
|
|